Nieuw model / Ferrari Roma: extra informatie over de 2+2-GT

Met de nieuwe Ferrari Roma knipoogt Maranello naar "Nuova Dolce Vita", de alweer uit 1960 stammende langspeelfilm van Federico Fellini die zich afspeelt in Rome en die de typisch Italiaanse levensstijl in de bloemetjes zet. De Roma is een op de Portofino gebaseerde GT met een 2+2-configuratie, aangedreven door een voorin gemonteerde V8-biturbo van 620 pk. Zoals dat ook het geval was bij eerdere toepassingen van de V8-biturbo, zorgt het variabele Boost-management turbogat ervoor dat het motorkoppel aangepast wordt aan de gekozen versnelling zodat er geen sprake is van een turbogat. Enkel in het zevende en het achtste verzet levert de 3,9 liter-krachtbron zijn maximumkoppel van 760 Nm. 

Schakelen doe je met gerobotiseerde achtversnellingsbak met dubbele koppeling die debuteerde op de SF90 Stradale. Ondanks die extra versnelling is de nieuwe transmissie compacter en lichter (-6 kg) dan de "oude" robotbak met zeven verzetten. De achtbak zou niet alleen sneller en soepeler schakelen, maar ook helpen om het brandstofverbruik te drukken. 

Portofino Plus

Hoewel zijn technische basis schatplichtig is aan die van de Portofino, is 70% van de Roma-onderdelen volledig nieuw. Opvallende ontwikkelingen zijn de nieuwe uitlaatlijn met ovalen by-passklepppen, de nieuwe algoritmes van het Side Slip Control 6.0 en het nieuwe stuurwiel met onvermijdelijke Manettino-schakelaar. De 5 rijmodi die je tot je beschikking hebt, zijn Wet, Comfort, Sport, Race en ESC-off. De voor circuitgebruik ontwikkelde Ferrari Dynamic Enhancer helpt de bestuurder om de limieten af te tasten (enkel in Race)

Naast het slanke lijnenspel dat opvallende koelsleuven en grotesk spoilerwerk weert, valt vooral het volledig nieuwe interieur op. Het dashboard krijgt een andere lay-out, op de middenconsole staat een nieuwe multimediamodule die je bedient via een touchpad met haptische feedback. De tellerpartij is volledig digitaal en beschikt over een gebogen scherm, in de klassieke Ferrari-configuratie wordt het instrumentarium nog steeds beheerst door een centrale toerenteller.