Nostalgie / Back to the future met de Renault Fiftie uit 1996

Wat hebben auto’s als de Volkswagen Kever en de originele Fiat 500 en dito Mini gemeen? Dat het ooit “heel gewone” en zelfs budgetauto’s waren die toch iconen zijn geworden, natuurlijk. En evengoed dat ze nadien weer tot leven zijn gewekt. De (New) Beetle heeft het intussen – al dan niet tijdelijk (komt er een elektrische variant?) – weer opgegeven, maar de “nieuwe” 500 en Mini blijven wel populair.

>> AutoGids' Back to the Future - modeloverzicht van A tot Z

Aan qua filosofie gelijkaardige heruitgaves van de Citroën 2CV en Renault 4 hebben de Fransen zich nooit geriskeerd, al werd het bij momenten zeker wel eens overwogen. Ook voor de in de jaren ’40 en ’50 zo populaire 4CV, die kreeg van Renault in elk geval een welverdiend eerbetoon met de leuke Fiftie uit 1996.

Het door Benoît Jacob en Patrick le Quement getekende autootje werd als een concept voorgesteld op het autosalon van Genève, zowat op de 50ste verjaardag van de lancering van de originele 4CV in Parijs. De van een koetswerk uit koolstofvezel voorziene en op een van de Spider geleend platform uit aluminium gemonteerde Fiftie had, in tegenstelling tot het origineel, wel maar twee deuren. Het was een halve cabrio, dat was ooit immers ook een populaire variant van de echte 4CV.

De gele kleur van de concept was ook niet toevallig gekozen. Toen de productie van de 4CV in augustus 1947 werd opgestart, was hij aanvankelijk alleen verkrijgbaar met een lichtgele lak. Wat hem al snel de bijnaam “boterklontje” opleverde.

Er wordt wel eens verteld dat voor die eerste exemplaren verf werd gebruikt die was overgebleven in de fabriek waar de Duitse legervoertuigen voor het beruchte Afrikakorps van Rommel werden gebouwd. Maar andere Renault-kenners doen dat af als een fabeltje. Er werd hoe dan ook wel vaker met de kleine Renault gespot, maar het werd wel de eerste Franse auto waarvan de productie het miljoen oversteeg.

Natuurlijk zat de motor ook bij de concept achterin, wat Renault toeliet de leuke creatie de wat bolle motorkap van zowat dezelfde koelsleuven te voorzien als zijn voorganger. Ook de op een snor lijkende sierbiesjes uit chroom op de snoet zorgden voor een visuele link met het origineel. Het interieur was zowat even sober ingericht, met evengoed de nodige knipogen naar het verleden. De 1.149 cc grote viercilinder in de Fiftie was wel modern, hij leverde 60 pk en 93 Nm en zou de slechts 790 kilo wegende auto allicht wel correcte prestaties hebben bezorgd.

De concept, met ook de ophanging van de al vermelde Spider, reed ook echt wel. Maar serieproductie was natuurlijk nooit aan de orde. Als de 4CV al een moderne opvolger heeft gekregen, dan is dat toch veel eerder de Twingo. Met voor de eerste generatie trouwens dezelfde motor als die in de Fiftie. En met voor de huidige Twingo de krachtbron weer achterin!