Test Volvo V70 XC

De kleine Beechcraft landt in een wolk van stof op de korte, onverharde piste van het vliegveld van San Francisquito. We zijn in het hart van Baja California Sur, het schiereiland dat onder het Amerikaanse Californië hangt en (pas sinds 28 jaar) een volwaardige
deelstaat is van de republiek Mexico. Hier wordt onder meer de Baja 1000 verreden, een 1.000 mijl lange afvallingskoers dwars over het schiereiland, door velen de Parijs-Dakar van de Amerikanen genoemd. Bij een lange rij zilverkleurige Volvo's XC70 wacht Bryan
Farnsworth ons op, een zilverharige Amerikaan van 67 die zijn eerste Baja betwistte in 1967 en de wedstrijd ook drie keer won... op vier én op twee wielen. Bryan zal onze gids zijn gedurende een 300 mijl lange tocht op onverharde pistes, hoofdzakelijk stukken van die beroemde Baja 1000. Maar wij zullen die niet rijden met een van de racebuggy's of andere vierwielaangedreven monsters, maar met (bijna-)standaard-Volvo's XC70, een auto die bij ons niet als
een echte terreinwagen wordt beschouwd, maar eerder als een auto voor alle wegen, net zoals de Allroad van Audi of de Outback van Subaru: een kruising tussen een break en een jeep, de jongste tijd cross-over gedoopt.