De Europese Commissie, de eigenaar van van het Galileo-systeem dat is ontplooid door de ESA (Europees ruimtevaartagentschap), verklaarde dat het geolocaliseringsnetwerk op 15 december operationeel is geworden. Deze Europese concurrent voor het Amerikaanse GPS werd bedacht in…1999. Na heel wat politiek-economisch gekissebis staat het project nu eindelijk op de rails, of eerder, in een baan, sinds satellieten 15 tot 18 door Ariane V zijn gelanceerd. Daar werken er echter maar 15 van in een cirkelvormige baan op een hoogte van 23.222 kilometer. Een van de 715 kilo zware robots is in panne gevallen, de twee andere draaien in een ellipsvormige baan op 17.000 kilometer als gevolg van een probleem met de laatste fase van hun Sojoez-raket. Toch zullen ook die twee laatste dienst doen voor reddingsdiensten op zee. De eerste compatibele navigatiesystemen zullen in elk geval binnenkort op de markt komen. Het zal echter duren tot 2020, wanneer er 24 satellieten draaien en 6 in reserve zijn vooraleer Galileo op volle capaciteit kan draaien.
Preciezer
Europa heeft zijn tijd genomen om zijn eigen positioneringssatellieten te installeren. Maar nu is het eindelijk (bijna) klaar, al heeft het een forse achterstand op het Amerikaanse GPS, het Chinese Beidou en het Russische Glonass. Toch heeft Galileo zijn sterke punten, zoals de precisie van zijn lokaliseringssysteem. Zijn satellieten draaien op een hoogte 23.222 kilometer, wat 3.222 kilometer meer is dan die van het Amerikaanse GPS. Dat verschil maakt dat het Europese systeem een betere hoek heeft ten opzichte van de aarde, en dus minder ‘schaduwplekken’, vooral tussen hoge gebouwen of in de bergen. De gratis dienst voor het grote publiek biedt een precisie van 5 meter, maar die neemt toe tot 1 meter in een commerciële betalende versie. Dat wordt zelfs 1 centimeter in de gereguleerde versie. En dat terwijl GPS en Glonass voor de publieke diensten een precisie van 5 tot 10 meter bieden.
Compatibele toestellen
Voorlopig is slechts één (Android-) smartphone compatibel met Galileo: de Aquaris X5 Plus. Dit Spaanse toestel wordt verkocht voor zo’n 300 euro en is dus het enige op de markt. De Qualcomm-chip die al in heel wat Android-toestellen en Windows Phone-apparaten zit, is al klaar om met Galileo te werken. Een softwareupdate volstaat om de Europese geolocaliseringsdienst te activeren, op voorwaarde dat de fabrikanten aanvaarden dat je overstapt. Tegen 2020 zou een compatibele chip te vinden zijn in smartphones, navigatiesystemen, tablets, pc’s en andere elektronische apparaten. Zal het grote publiek deze evolutie volgen? Het is aan de verkopers om in hun communicatie uit te pakken met de precisie van Galileo. In tegenstelling tot het Amerikaanse GPS, dat een militair initiatief is, is Galileo bovendien een burgerproject. Een andere troef van het Europese systeem is dat een versleuteling het onmogelijk maakt om de localisering te hacken.
Een beetje geschiedenis
Om de problemen van Galileo beter te begrijpen, moeten we terugkeren naar het verleden en de chaotische geschiedenis van dit project. Het idee om een onafhankelijk Europees systeem te ontwikkelen komt uit 1999. Geen enkel Europees land kan op zijn eentje zijn netwerk ontplooien. Daarom hebben de Europese Unie en de ESA, die niet noodzakelijk dezelfde lidstaten hebben, het mogelijk gemaakt om dit project op poten te zetten. In principe moest het al in 2010 operationeel zijn. Maar door politiek uitstelgedrag, spanningen in de publiek-private samenwerkingen, een mislukte lancering op 22 augustus 2014, het aanvankelijke gebruik van Sojoez-raketten (2 satellieten per keer) in plaats van Arianes V (4 satellieten) en een kolossaal budget van 10 miljard euro is de ontplooiing van de satellieten en de opstart van Galileo vertraagd.
Toekomstige ontplooiing
Het succes van dit programma, waarvan de satellieten worden aangestuurd van in Redu in België, is nochtans van essentieel belang voor Europa. Navigatie en geolocalisering gaan zich in de komende jaren verder ontwikkelen. Dit type dienstverlening werkt niet enkel voor navigatie in auto’s, maar is ook nuttig in heel wat andere domeinen, zoals bijvoorbeeld in overlevingsbakens, het volgen van dieren in het wild via halsbanden met geolocalisering, geologisch toezicht en alle behoeftes aan localisering en positionering in de lucht- en scheepvaartnavigatie. Zo kan Galileo een drenkeling op zee of iemand die in de bergen verloren is geraakt localiseren op 10 minuten, terwijl GPS daarvoor vandaag 3 uur nodig heeft. In de komende jaren zouden nog andere toepassingen komen. Het CNES (het Franse ruimtevaartagentschap) schat bijvoorbeeld dat 10 procent van het Europese BBP vandaag afhangt van positioneringstechnologie. Tegen 2030 zou dat percentage kunnen toenemen tot 30 procent.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!