Eerste test / Suzuki Alto

De nieuwe Alto is 10 centimeter langer en 12 centimeter breder dan zijn voorganger, maar ook 7 centimeter hoger. Dat komt natuurlijk de binnenruimte ten Goede, vooral voorin. Bovendien is de instap nog altijd een van de troeven van het model, dankzij de vijf deuren, die altijd standaard zijn. Ten opzichte van de vorige generatie is het echter wel jammer dat de neer te draaien achterste zijruiten werden vervangen door klapruitjes en dat de achterbank van drie naar twee plaatsen ging. Een andere teleurstelling is dat ook de kofferruimte erop achteruitgaat.

Qua aandrijving is de kleine 1.0 van 68 pk die we al kennen van de Splash, de enige beschikbare krachtbron, die naar keuze kan worden gekoppeld aan een manuele vijfversnellingsbak of een klassieke viertrapsautomaat met koppelomvormer. We konden alleen nog maar kennismaken met de eerste, maar op die (erg) korte tijd vielen ons de soepelheid en de elasticiteit van de kleine driecilinder op, die uitstekend past bij het levendige en speelse karakter van het onderstel. Het ophangingscomfort en de geluiddemping zijn bovendien voldoende om het actieterrein van de Alto niet louter te beperken tot de stad.

De Suzuki Alto, die in basisuitvoering (GA) wordt aangeboden voor 8.699 euro, heeft recht op de overheidspremie van vijftien procent op de aankoopprijs, want hij stoot slechts 103 g/km CO2 uit (met de manuele versnellingsbak), waarmee hij nog slechts 7.394 euro kost. En dat maakt hem natuurlijk bijzonder interessant... Bovendien biedt deze kleine Japnner best wat rijplezier en ziet hij er nu ook leuk uit.