Detailtests / Nissan Cube 1.6

De tijd dat Nissan het moest hebben van nuchtere gezinsberlines en rasechte terreinwagens, is helemaal voorbij. Bij de dealers zijn geen klassieke berlines meer te vinden en ook offroaders worder er almaar zeldzamer, want de Japanners lijken helemaal gevallen te zijn voor de crossover. De ster in de Nissan showrooms is momenteel de Qashqai. Niet alleen heeft deze middenklasser met SUV-allures de verkoop doelstellingen ver overschreden (500.000 verkochte exemplaren op drie jaar tijd), hij heeft ook flink bijgedragen tot het oppoetsen van het merkimago in Europa en tot het verjongen van het cliënteel. Voor het najaar wordt een tweede offensief verwacht met de Juke, een kleinere en minder dure Qashqai achtige (zie pagina 14 en 15). En waar past de Cube in dat plaatje? Laat ons zeggen dat hij zijn opwachting maakt als guest star. Terwijl het model in Japan nog altijd een echt modeobject is en er nog altijd als zoete broodjes verkoopt, heeft Nissan eindelijk beslist om de wagen nu ook op de markt te brengen in Europa, zij het meer als imagobooster dan als verkoopwonder. Met andere woorden, de constructeur verwacht er geen groot marktaandeel van (daarvoor heeft Nissan bij ons de Note), maar wil de esthetische persoonlijkheid en het ‘coole’ karakter van de Cube ten dienste tellen van het merkimago en ondertussen, als hij er dan toch is, nieuwe klanten aantrekken. Daaruit echter concluderen dat de Cube niets meer in zijn mars heeft, doen we niet. Zeker niet na de enkele dagen die we ermee doorbrachten.