Autoreizen met kinderen

Geschreven door Olivier Duquesne op 12-06-2021

Lange autoritten met kinderen aan boord kunnen vermoeiend zijn. Gelukkig zijn er manieren om het eeuwige “is het nog ver?” of “ik moet pipi doen” 5 minuten na de laatste stop te vermijden.

Sommige ouders wagen zich aan urenlange autotrips met hun kinderen. De angst en energie van de kleintjes is vaak moeilijk onder controle te houden, net zoals de timingproblemen voor plaspauzes en maaltijden. Je kan hopen dat ze slapen of 2 uur lang gedwee naar een film kijken. Maar het is mogelijk (en aangeraden) om je niet enkel op schermen of nachtritten te beroepen voor een rustige trip en een fijn avontuur met het gezin.

Algemene regels
Met een baby
De jongste kinderen (jonger dan 6)
Iets grotere kinderen (6-12 jaar)
En wat met pubers?

Algemene regels

Om onaangename verrassingen te vermijden, is het belangrijk om uitgerust aan de rit te beginnen. Heel vroeg vertrekken of ’s nachts rijden, bij voorkeur met afwisselende bestuurders, kan wel helpen om de (b)engeltjes een groot deel van het traject te laten slapen.
Bagage moet correct in de koffer en/of op het dak worden weggeborgen met een goede gewichtsverdeling. Te veel voorwerpen in het interieur laten slingeren is gevaarlijk. Bij een stevig remmaneuver worden dat allemaal projectielen. Als het bagagescherm niet kan worden gebruikt, is een sjornet dus aangeraden. Aan het voeteinde van een plaats waar een kinderstoel staat kan eventueel nog een tas worden geplaatst. Wat je onderweg absoluut nodig hebt, moet eenvoudig bereikbaar zijn in de koffer (luiertas, geïsoleerde tas met drankjes en poedermelk, tas met reserve-ondergoed voor ongelukjes).
Je kind moet comfortabel aangekleed zijn, zonder te veel lagen. Het moet correct geïnstalleerd en vastgegespt zijn.
Afleiding (boeken, spelletjes, tablet, gameconsoles enzovoort), een waterfles, wat koekjes, doekjes, een drinkfles of zelfs kotszakjes hou je in het interieur binnen handbereik. Bij voorkeur op de grond bij de passagier voor- of achterin. Een ‘verrassingstas’ met iets nieuws kan de nieuwsgierigheid van de kinderen wel even temperen. Verder voorzie je voor de uk minstens een in de auto of op de rugleuning bevestigde bergtas waar hij zijn spelletjes, boeken en tablet kan opbergen (en vergeet de usb-lader niet).
Een gevarieerde muzieklijst naar ieders smaak (en ja, ook de riedeltjes waar de kinderen zo gek op zijn) kan een toffe sfeer creëren. Je kan je kleine passagiers laten verstaan dat een stukje opnieuw kan worden beluisterd, maar niet meer dan 2 keer na elkaar.
Maak de jongste passagiers duidelijk dat de rit speciaal is en dat er op de bestemming leuke belevenissen wachten (het strand, de bergen, familie in het buitenland enzovoort). Zo’n einddoel helpt om de urenlange rit te verteren. Wees ook niet gierig met pauzes. Plan minstens 30 minuten om de 2 uur om een kind jonger dan 10 te laten uitrazen buiten de auto. Ideaal is een rustplek met speelruimte. En hoewel fastfoodtenten doorgaans niet bepaald verfijnde maaltijden serveren, hebben ze vaak wel een speeltuin. Daar kunnen kinderen zich uitleven in een aangepaste omgeving en zichzelf uitputten terwijl de ouders een kleinigheid drinken. Voor je weer de weg opgaat, is een plaspauze verplicht.
Sommige kinderen, zeker die jonger dan 12, kunnen problemen met het binnenoor (reisziekte) ondervinden. Ze kunnen moeilijk op een draagbare gameconsole spelen, naar een tablet kijken of een boek lezen en het hoofd naar beneden buigen terwijl de auto rijdt. Voor tablets zijn er steunvoeten op hoogte. Als ze een boek willen lezen, vraag je hen om ze hoger te houden, desnoods door ze op het eventuele klaptafeltje te laten rusten. Citroën heeft trouwens een speciale bril ontwikkeld tegen wagenziekte.

Met een baby

Reizen met een baby is doorgaans een rustige ervaring, zelfs al heeft de uk specifieke aandacht nodig. Hij zal vaak een groot deel van de rit slapen. Je zal echter heel wat eet- en luierpauzes moeten voorzien.
En dan is er nog de ervaring van de luierwissel in een openbaar toilet (een ontsmettingsmiddel is geen overbodige luxe). Zorg ook dat de verschoontas binnen handbereik in de koffer of het interieur staat.
Voor de maaltijden bestaan er flessenwarmers die je op de 12V-stekkers kan aansluiten voor acute honger (of wanneer de microgolfoven in een snelwegrestaurant kapot is).
Vergeet je kleine schat ook niet comfortabel vast te maken en hem zijn favoriete knuffel of reismobiel te geven ter afleiding. Vergeet de passagiersairbag niet uit te schakelen als het kind met de rug naar de rijrichting op de voorstoel is geplaatst in een Maxi-Cosi.
Bij huilbuien kan een papa, mama, broer of zus in de buurt troost brengen.
Een watervernevelaar kan nuttig zijn bij hoge warmte, net zoals een waterfles als de baby ouder dan 6 maand is. Vermijd in elk geval dat de airco te koud afgesteld staat. Een zonnescherm of gordijn is onmisbaar om het kleintje te beschermen tegen fel zonlicht, net zoals een zonnebril.
Ga tijdens een pauze zeker een wandeling maken in het snelwegrestaurant of, nog beter, op een leuk plekje op een paar kilometer van de snelweg.

De jongste kinderen (jonger dan 6)

Net zoals een baby moet je kleuters beschermen met een zonnebril en een scherm of gordijn. Uiteraard moeten ze ook correct vastgegespt zijn.
Hou een niet te sterk gesuikerd drankje (bij voorkeur water) binnen handbereik.
Laat het kind zelf 2 of 3 boeken kiezen, naast kleurpotloden met een kleurboek, 1 of 2 fijne reisspelletjes en tekenfilms voor op de tablet of het scherm op de hoofdsteun. Verplicht je kind om af en toe iets anders te doen dan enkel naar een scherm te staren. Stel voor om het landschap na te tekenen of uit te leggen wat hij van de vakantie verwacht.
Stel je kind regelmatig gerust met zinnen zoals “Nu rijden we België uit” of “We zijn al in Zwitserland” of zelfs “Wat hebben we al flink gereden!”. Maar lieg niet over de resterende reistijd.
Met grote broers of zussen kunnen samen activiteiten worden gepland, maar een ruzie is nooit veraf. Bij de minste schijn van irritatie grijp je in en zeg je hen dat ze apart moeten spelen. Ouders kunnen zelf ook bijdragen door een liedje te zingen of een raadspelletje te spelen.
Vertel ook uitvoerig wat er gebeurt: “We staan in de file. Dat is niet erg, daarna kunnen we pauzeren”. “We zoeken een plek om te eten”. “Opgelet, straks gaan we stoppen om pipi te doen”. “Rust wat, we moeten nog 50 kilometer rijden voor onze pauze”. “Hier komt een tunnel, joepie!”.

Iets grotere kinderen (6-12 jaar)

Bescherm ze tegen zonlicht en kies een stoel aangepast aan hun lichaamsbouw (en in functie van de wetgeving van de landen die je doorkruist). Voorzie een niet te gesuikerd drankje en een klein hapje.
Net zoals de allerkleinsten laat je hen een deel van hun activiteiten voor onderweg uitkiezen, maar let erop dat ze niet enkel games spelen en filmpjes kijken.
Ouders leggen op voorhand uitgebreid uit welk avontuur hen te wachten staat. Toon de rit op een kaart of een kaartenwebsite. Aan de hand van herkenningspunten die ze kunnen bevatten toon je de schaal van de afstand: “Zo ver is het rijden tot bij oom Ben. Onze reis is 5 keer langer”.
Onderweg kan je ze uiteraard op de hoogte houden van de evolutie van rit. Maar je kan ook kleine, leuke gezinsactiviteiten doen: zingen, gele of blauwe auto’s tellen, buitenlandse nummerplaten zoeken, raadseltjes oplossen, vragen wat ze leuk vonden aan de vakantie (op de terugweg) enzovoort.
Op de vraag “Zijn we er bijna?” antwoord je niet met “Ja hoor” als de rit nog lang is. Het is beter uit te leggen hoe lang je nog moet rijden. Anders blijft de vraag terugkeren, met bovendien het genadeloze “Het duurt zo la-haang”. Deze vraag is trouwens een teken van verveling zodat je misschien beter een pauze voorziet. Hetzelfde geldt voor ruziemakende broers en zussen: dat is een signaal dat het tijd is om ze buiten de auto te laten uitrazen.

En wat met pubers?

Je puber kan worden ingeschakeld bij het plannen van de rit voor het vertrek. Laat hem of haar een deel van het traject zelf uitstippelen.
Je kan hem of haar ook voorstellen om een deel van de reis voorin naast de bestuurder te komen zitten en een actieve rol te spelen of een verantwoordelijkheid op te nemen, zoals bijvoorbeeld copiloot zijn tijdens nachtritten. Als het moment voor het halen van het rijbewijs nadert, kan je je puber al wat tips van een ‘ervaren’ bestuurder geven.
Uiteraard moet ook een puber correct vastgeklikt zitten met een veiligheidsgordel.
Tieners zijn natuurlijk verslingerd aan hun sociale leven via smartphone of tablet. In een land met roamingkosten (Zwitserland of Andorra, bijvoorbeeld) moet je daarop wijzen en vragen om de verbinding uit te schakelen (of anders zelf voor de kosten op te draaien).
Het is ook geen slecht idee om je puber uit te nodigen om eens een boek te lezen (voor herexamens?) of kleine broers of zussen te entertainen.
Misschien kan je je tiener de taak van dj toekennen voor onderweg – goede moed…