Audi bewees met de Sportback-versies van zijn e-Tron-modellen dat er wel degelijk een markt bestaat voor elektrische coupé-SUV’s, en dat inspireerde BMW om de tweede generatie van de X2 ook als elektrische iX2 aan te bieden. De gespierde look is die van de benzine- en dieselversies, en hetzelfde geldt voor het interieur. De binnenruimte is eveneens vergelijkbaar, waarbij de kofferinhoud met zijn 525 liter tussen die van de mildhybride en de niet-elektrisch ondersteunde X2’s inzit. Een bergvak in de neus – nochtans handig voor de laadkabels – is er niet.
De aandrijfgehelen zijn die van de iX1: de eDrive20 (204 pk) houdt het bij achterwielaandrijving, maar de gespierde torso van deze coupe-SUV smeekt haast om de xDrive30, voorzien van twee motoren (van het synchrone type, maar extern bekrachtigd, dus zonder permanente magneten en hun zeldzame aardmetalen). Met een vermogen van 313 pk en bijna 500 Nm koppel evenaart deze elektrische cross-over bijna de stoplichtsprintjes van de M35i xDrive op benzine. En ook op bochtige wegen laat hij zich gelden: hij weegt dan wel meer, veel van die kilo’s bevinden zich relatief laag tegen de grond, zodat hij bijna onwrikbaar door de bocht gaat. De adaptieve schokdempers zijn bij de elektrische variant trouwens vanaf de basisversie inbegrepen. Ook hier geldt dat grote velgen misschien mooi ogen, maar de filtering – en het rijbereik – aantasten. Met de basiszeventienduimers komt de iX2 xDrive30 officieel bijna 450 kilometer ver.
Met zijn lagere zwaartepunt rijdt de elektrische iX2 zo mogelijk nog wat dynamischer dan de gewone X2. Om daar optimaal van te genieten ligt de keuze voor de krachtige xDrive30 bijna voor de hand. Maar goedkoop is die allerminst.