Waterstof steeds belangrijker in de toekomst?

Net nu de COP23 bezig is, waar blijkt dat de wereldwijde CO2-uitstoot in 2017 met 2 procent is toegenomen in vergelijking met 2016, kwam ook de Waterstofraad samen in Bonn (Duitsland). Ze stelde daar een planning voor rond de ontwikkeling van deze energiebron tegen 2050 en beweert dat er een heuse golf zit aan te komen, op voorwaarde dat de juiste investeringen worden gedaan binnen een aangepast wettelijk kader. Deze Hydrogen Council werd opgericht op het Wereldeconomisch Forum in Davos en brengt 18 grote spelers uit de industrie samen, met onder meer Audi, BMW, Daimler, General Motors, Honda, Hyundai, Kawasaki, Mitsubishi en Toyota. De studie, die werd uitgevoerd door McKinsey, geeft aan dat “waterstof een essentiële pijler vormt in de energieomslag”. Als deze oplossing zou worden veralgemeend, zou ze tegen 2050 liefst 20 procent van alle energieverbruik vertegenwoordigen.

280 miljard dollar investeren

Het rapport stelt dat de ontwikkeling van waterstof het mogelijk zou maken “om de CO2-uitstoot te verminderen met 6 gigaton per jaar” wanneer de wereldbevolking groeit met 2 miljard mensen (tot een totaal van 10 miljard). De Raad schat dat de opkomst van waterstof een investering van minstens 20 tot 25 miljard dollar per jaar vergt (17 tot 21 miljard euro) tot 2030, wat neerkomt op een totaal van 280 miljard dollar (ongeveer 240 miljard euro). Maar als deze inspanning effectief wordt doorgevoerd, dan zouden tegen 2030 zo’n 10 tot 15 miljoen auto’s en 500.000 vrachtwagens op waterstof kunnen rijden. En uiteraard kan het gas ook andere sectoren voeden. Ter vergelijking: op dit moment wordt wereldwijd elk jaar 300 miljard dollar geïnvesteerd in hernieuwbare energiebronnen, tegenover 650 miljard dollar voor fossiele brandstoffen.