Eerste test / BMW X6

De X6 is een nieuwe koetswerkvariant en meer dan zomaar een X5 met een aflopende daklijn. De stilisten, die heel het koetswerk hebben ontworpen rond de ongewijzigde motorkap, hebben knap werk geleverd. De beperktere interieurbreedte, zowel op elleboog- als op schouderhoogte, maakt van de X6 een strikte vierzitscoupé - voor vier volwassenen dan wel. Ondanks een identieke wielbasis (2.933 millimeter) is de achterste spoorbreedte van de X6 56 millimeter groter dan die van de X5 en dus ook veel groter dan de voorste. In ieder geval krijgt de X6 daardoor wielkasten die even gespierd zijn als die van een supersportieve coupé à la Porsche 911.

Door zijn verlaagde dak heeft de X6 weliswaar een voordeel qua zwaartepunt, maar dat is moeilijk te becijferen. Hét grote verschil zit hem in de aandrijving: het achterste differentieel van de X6 kan het koppel nog verdelen tussen het linker- en het rechterachterwiel. Dit systeem heet DPC (Dynamic Performance Control) en vult het xDrive aan (met een differentieel dat het koppel over voor- en achteras verdeelt in een 40/60-basisverhouding in normale rijomstandigheden). In de praktijk kan de X6 daardoor uitpakken met een zeldzame stuurprecisie en een neutraal weggedrag, dankzij een anticiperende koerscorrectie, en stort hij zich zonder aarzelen op stukken met wisselende gripomstandigheden.

Tijdens proeven op zowel een droog als een nat wegdek konden we nagaan dat je de X6 inderdaad erg ver kunt drijven zonder in netelige situaties terecht te komen. Deze grote BMW gedraagt zich efficiënt en weinig spectaculair, dat moeten we toegeven. Alles gebeurt erg zuiver, en je moet slechts een minimum draaien aan het stuur, dat naar ons gevoel overigens wat communicatiever had mogen zijn. Omdat het xDrive en de DPC ingrijpen zonder de minste spanning in het stuur of de kleinste giering te veroorzaken, zeker in de versies met de gestuurde luchtophanging EDC, die beschikt over een actieve antirolcontrole (Dynamic Drive), krijg je namelijk nog maar weinig feedback over de lastwissels die plaatsvinden tussen de vier aangedreven wielen. BMW heeft dan maar een functie toegevoegd aan de boordcomputer, waardoor je met behulp van een reeks blokjes op een pictogram kunt zien hoe het koppel wordt verdeeld over de wielen.

De X6, die sowieso is uitgerust met de DPC, draagt op zijn flanken het opschrift xDrive, gevolgd door de typebenaming van een van de vier beschikbare motoren: twee op benzine, twee diesels, waarvan de 5.0i, een V8 op benzine met dubbele drukvoeding, onze aandacht vraagt. In deze nieuwe topversie, waarvan de achtcilinder bijzonder aangenaam klinkt als de turbo's hun werk doen, word je naar een andere dimensie gekatapulteerd, zowel bij het optrekken als bij het remmen. Om sportief voor de dag te komen moet je nu eenmaal een beroep doen op lichte materialen, zelfs als je een zwaargewicht bent...

U kan de volledige test nalezen in AutoGids 744 van 30 april 2008 of in PDF (zie links hieronder).