Volgens de federatie EV Belgium zijn er in Europa vandaag ongeveer 1 miljoen publieke laadpunten – dus toegankelijk voor iedere eigenaar van een elektrische wagen – en zou België tot de betere leerlingen behoren met 90.000 laadpunten. Daarbij zou Vlaanderen veruit het best uitgerust zijn met 77.513 laadpunten, tegenover 13.190 in Wallonië en 9.754 in Brussel.
Wallonië hinkt achterop
De verdeling toont aan dat Wallonië bijna zes keer minder laadpunten telt dan Vlaanderen. Deze ongelijkheid is volgens EV Belgium te verklaren door verschillende factoren. Zo liggen de aansluitingskosten in Wallonië aanzienlijk hoger: meer dan 12.000 euro per laadpunt, tegenover 2.225 euro in Vlaanderen.

Bovendien is Vlaanderen dichter bevolkt, wat de dichtheid van het openbare elektriciteitsnet verhoogt en de aansluitingskosten verlaagt. Ook het overwicht van elektrische wagenregistraties in Vlaanderen speelt een rol, aangezien daar het merendeel van de leasingmaatschappijen is gevestigd. Tot slot volgen de gewesten uiteenlopende ontwikkelingsstrategieën.
Achterstand wegwerken
Om de achterstand in te halen en beter in te spelen op de noden van Waalse eigenaars van elektrische voertuigen – de meerderheid van de EV’s zijn bedrijfswagens en veel in Vlaanderen ingeschreven voertuigen worden in werkelijkheid door Brusselse of Waalse gebruikers bestuurd – is het volgens mobiliteitsminister François Desquesnes noodzakelijk eerst een gedetailleerde kaart op te stellen van het aantal, het type (AC/DC) en de exacte locatie van de bestaande laadpunten.

Pas dan kan de gebruiker of toekomstige koper van een elektrische wagen correct geïnformeerd worden over de beschikbaarheid van publieke of semi-publieke laadmogelijkheden, bijvoorbeeld op supermarktplaatsen. Het doel is om binnen maximaal twee jaar concessies toe te wijzen voor de installatie van 3.400 laadpunten op Waalse gemeentelijke grondgebieden.
Op die manier moet een evenwichtiger netwerk ontstaan, aangezien private operatoren hun laadpalen vanzelfsprekend vooral plaatsen op drukbezochte locaties waar een snelle rendabiliteit verzekerd is, wat niet noodzakelijk aansluit bij de dagelijkse behoeften van gebruikers.
Europese vergelijking nuanceert cijfers
De cijfers van EV Belgium moeten evenwel in perspectief worden geplaatst. Uit de gegevens van de EAFO (European Alternative Fuels Observatory) en de ACEA blijkt dat België wel degelijk tot de betere landen behoort, maar niet in de Europese top drie staat.
Rekening houdend met de EU-landen (zonder Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland) bekleedt België de vierde plaats, met ruim 90.000 laadpunten:
- Nederland: 198.029 (192.063 AC / 5966 DC)
- Duitsland: 188.338 (144.432 / 43.906)
- Frankrijk: 175.873 (140.312 / 35.561)
- België: 90.517 (84.237 / 6280)
- Italië: 65.428 (52.402 / 13.026)
- Zweden: 61.456 (52.005 / 9451)
- Denemarken: 46.286 (38.829 / 7457)
- Spanje: 44.683 (34.110 / 10.573)
- Oostenrijk: 34.740 (26.668 / 8072)
- Finland: 17.561 (12.614 / 4947)

Uit deze ranglijst blijkt dat de grote economische spelers van de EU ook koplopers zijn in de laadinfrastructuur. Wel valt op dat de strategieën sterk verschillen. Nederland heeft het hoogste aantal laadpunten, maar voorziet vooral AC-laders. Met 5.966 DC-laders staan de Nederlanders pas op de zevende plaats binnen de top tien.
In vergelijking daarmee beschikken Duitsland, Frankrijk en Italië over bijna één op vier laadpunten in gelijkstroom. In Oostenrijk en Finland loopt dat aandeel zelfs op tot meer dan een derde.
Verdeling AC/DC in België?
Volgens de EAFO telt België eind eerste semester 2025 iets meer dan 90.000 laadpunten, verdeeld als volgt:
- AC eenfasig tot 7,4 kW: 2.729
- AC driefasig tussen 7,4 en 22 kW: 79.854
- AC driefasig boven 22 kW: 1654
- DC onder 50 kW: 276
- DC tussen 50 en 150 kW: 1.403
- DC tussen 150 en 350 kW: 3.849
- DC boven 350 kW: 752
Bronnen: EV Belgium / EAFO