Mobiliteit / Mobiliteit: Touring ongerust over nieuwe Brusselse politiek

Touring maakt zich zorgen over het Brusselse mobiliteitsproject dat binnen het regionale plan voor duurzame ontwikkeling werd opgezet. Tegen 2025 zullen volgens dit plan heel wat grote verkeersassen worden afgebouwd of eenvoudigweg afgesloten. De mobiliteitsorganisatie Touring heeft daarom gevraagd om het plan in tijd te verschuiven voor een verregaande analyse van de vermindering van de Brusselse wegcapaciteit. In zijn persbericht verduidelijkt Touring dat het voorstander is van minder voertuigen in steden en van meer ruimte voor andere vervoersmodi: twee intenties in het toekomstige mobiliteitsproject voor Brussel die een pluim krijgen. Maar Touring betreurt het ontbreken van vooropgestelde alternatieven en het ontbreken van een voorafgaande studie. Volgens Touring “ontbreekt het de autoriteiten aan een totaalbeeld op de mobiliteit”. De organisatie onderlijnt nog dat “het geen goed idee is om een gedragswijziging in de verplaatsingsmodi af te dwingen door de mensen het mes op de keel te zetten”.

Waar voel je de impact?

Voor de volledigheid geven we nog mee dat binnen dit mobiliteitsproject voor 2025 meerdere belangrijke verkeersaders die het verkeer in en uit Brussel geleiden, zullen worden afgesloten of teruggeschroefd: de Steenweg op Elsene, de Generaal Jacqueslaan, de Franklin Rooseveltlaan, de Tentoonstellingslaan, de Woluwelaan, de Reyerslaan, de Fonsnylaan samen met de Slachthuisstraat, de Kortenberglaan, het bovenste deel van de Schumanrotonde enzovoort. Verder gaat het nog om de A12 uit de richting van Meise, de E40 in beide richtingen (onder meer met de schrapping van twee van de drie tunnels die de E40 in Brussel binnenleiden) en het schrappen van het Hermann-Debrouxviaduct dat de Ring en de E411 met Brussel verbindt. Daarnaast zullen 19 pleinen en straten die momenteel door het verkeer worden ingepalmd, worden omgezet naar voetgangerzones. Touring wijst erop dat een dergelijke reductie van de verkeerscapaciteit het gevolg zou moeten zijn van de uitbouw van efficiënte alternatieven zoals de creatie van randparkings en een uitgebreid netwerk van openbaar vervoer zoals dat in andere Europese steden al werd gerealiseerd. En niet de omgekeerde volgorde…