- Score redactie 14.90 /20
Van het relatief bescheiden CMF-B-platform met zijn pseudo-MacPhersons vooraan en zijn torsieas achteraan hoef je geen wonderen te verwachten qua dynamiek. Daar ligt uiteraard ook de roeping van deze Bigster niet, en dus heeft Dacia maar meteen de klemtoon op comfort gelegd en deze SUV riante veerwegen meegegeven. Evenwel zonder dat de koetswerkondersteuning daardoor in het gedrang zou komen: rol-, duik- en steigerneigingen worden keurig afgeremd. Je voelt ze echter wel, zodat deze Bigster bijna van nature uitnodigt tot een rustige rijstijl, waarbij je volop kunt genieten van de souplesse van dit hybride aandrijfgeheel.
Inderdaad, ‘souplesse’: de komst van een verbrandingsmotor met wat meer body én een nieuwe, meer verfijnde sturingssoftware heeft grotendeels komaf gemaakt met de schokken en aarzelingen die Renaults Full Hybrid tot nog toe verweten konden worden (bijvoorbeeld bij tussenversnellingen, of in gestremd verkeer met veel tempovariaties). Anders gezegd, dit nieuwe hybride geheel werkt veel vloeiender en minder luidruchtig dan het oude, en draagt zo dubbel bij tot het comfort. Dat het stuur ietwat vaag en onnauwkeurig is en bovendien maar weinig feedback geeft, hoeft de goede huisvader niet te storen.
Als Hybrid 155 mag deze Bigster dan wel slechts een voorwieltrekker zijn, maar dankzij zijn riante bodemvrijheid en zijn nog enigszins redelijke banden – zelfs de optionele negentienduimvelgen houden het bij 205/55-rubber – vormt een onverharde bos- of veldweg geen enkele uitdaging. De ophanging verteert zelfs grotere putten en groeven zonder verpinken, en in een verbazingwekkende stilte. Licht offroadwerk is daarmee geen probleem, maar voor echt veeleisende omstandigheden heb je toch echt vierwielaandrijving nodig, en die is dus niet te combineren met dit aandrijfgeheel…
Ecoscore
Zonde, want die Hybrid 155 is bijzonder overtuigend. Ondanks de bescheiden batterijcapaciteit schakelt de auto zo vaak mogelijk over op een uitstootvrije aandrijfmodus in de stad of in dorpskernen. Bovendien begin je er gauw plezier in te scheppen om het spel van de Eco Monitor mee te spelen, die je aanmaant om maximaal te anticiperen en zo je ecoscore (en je verbruik) te verbeteren. Op de snelweg blijft de verbrandingsmotor doorgaans vrij discreet; alleen als je het gaspedaal wegtrapt, of als hij aan de slag moet omdat de stroom in de batterij is opgebruikt, hoor je hem echt.
Het gros van de tijd rij je echter in een ruime en zachte cocon, waarin ook de ergonomie verzorgd is.
Ondanks zijn lengte van 4,57 meter blijft de Bigster verrassend wendbaar, en het zicht naar voren is uitstekend. Helemaal perfect is het plaatje evenwel niet. Op de snelweg steken bijvoorbeeld stroomlijngeluiden de kop op, en ook het gebrek aan steun van de stoelen laat zich na een tijdje voelen. Akkoord, deze Dacia is niet gemaakt om de Stelvio of de Grossglockner te gaan temmen, maar een rugleuning met wat meer steun en een wat steviger vulling had het zitcomfort tijdens langere ritten zeker deugd gedaan.
In dit artikel : Dacia, Dacia Bigster